Erfelijkheid en risicofactoren

Dementie is in de meeste gevallen niet erfelijk. Het ziektebeeld komt echter vaak voor. Maar liefst 1 op de 5 mensen krijgt dementie. Hierdoor zal dementie in veel families vaker voorkomen dan eenmaal waardoor het lijkt dat de ziekte erfelijk is. Belangrijke risicofactoren van dementie zijn hoge leeftijd, roken, een ongezonde leefstijl en bepaalde ziektes en aandoeningen.

Dementie na het 65e levensjaar

Iemand met een naast familielid als een ouder, broer of zus die na zijn 65e levensjaar de ziekte van Alzheimer kreeg, heeft een iets groter risico op dementie. In het algemeen neemt de kans dat u de ziekte krijgt slechts met enkele procenten toe en blijft de kans dat u de ziekte niet krijgt veel groter.

Dementie voor het 65e levensjaar

Bij sommige vormen van dementie speelt erfelijkheid een grotere rol. Dit is vaak het geval als de vorm van dementie zich al voor het 65e levensjaar openbaart. Hoe groot de kans op dementie is, verschilt per ziekte en familie. Uw arts kan u hier meer over vertellen. Slechts in enkele families in Nederland is sprake van een direct overerfbare vorm van dementie. Bij deze families is de aanwezigheid van een afwijkend gen de oorzaak van dementie. Dragers van het gen krijgen op jonge leeftijd, vaak al voor het 50e levensjaar, de eerste symptomen van dementie.

Erfelijkheidsonderzoek

Knooppunt dementie Naar de huisartsEr wordt veel wetenschappelijk onderzoek gedaan naar de erfelijkheid van de verschillende vormen van dementie. Erfelijkheidsonderzoek heeft alleen zin als meer mensen in de familie op relatief jonge leeftijd aan dementie lijden of hebben geleden. Anders is er zeer waarschijnlijk geen sprake van een erfelijke vorm. Het testen van een gezond familielid wordt alleen overwogen als er bij de patiënt al een afwijkend gen is gevonden. Immers, de gevolgen van een dergelijk onderzoek kunnen zeer ingrijpend zijn.


Leeftijd

De belangrijkste risicofactor voor dementie is leeftijd. Hoe ouder, hoe groter de kans op dementie. Minder dan 1 procent van de mensen tussen de 60 en 65 heeft dementie, terwijl meer dan 40 procent van de mensen boven de 90 jaar dementie heeft.

Andere ziekten en aandoeningen

Hart- en vaatziekten vergroten de kans op dementie. Ook andere ziekten die tot schade aan hart en bloedvaten leiden, zoals suikerziekte (diabetes) een hoge bloeddruk of atherosclerose (aderverkalking) verhogen het risico op dementie. Hersenschuddingen en andere vormen van hersenletsel kunnen de kans op dementie ook vergroten. Daarnaast komt de ziekte van Alzheimer relatief vaak voor bij mensen met Downsyndroom. De eerste verschijnselen openbaren zich soms al rond het 40e levensjaar, maar worden lang niet altijd herkend.

Ongezonde leefstijl

Wie veel ongezond vet eet en weinig sport, loopt meer kans op schade aan de hart- en bloedvaten en verhoogt daarmee de kans op dementie. In tegenstelling tot wat veel gedacht wordt, verhoogt ook roken de kans op dementie aanzienlijk. Mensen die veel roken hebben 50 procent meer kans op dementie dan mensen die niet roken.